T&G Groep is PSO-gecertificeerd en dat houdt in dat we meerdere sociale werkplekken faciliteren voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Dat klinkt allemaal veel zwaarder dan het is, bewijst onze hovenier Maurice.
Hij vertelt over zelfsturende teams, waardering en de sociale kant van het vak.
“Het is een mooi vrij beroep. Daar bedoel ik mee dat ik zelf kan bepalen wat ik ga doen en ik zelf het overzicht bewaar. Het werk is daardoor erg veelzijdig; schoffelen, harken, heggen knippen, maaien met een bosmaaier, elke dag is anders.
Daarnaast is het met zo’n mooi weer als de laatste tijd helemaal mooi om buiten te werken. Er zijn ook mindere dagen wanneer het koud is, maar dan beur je elkaar op. Je moet niet te kinderachtig doen. Gewoon lekker doorwerken en sociaal zijn naar elkaar. Praten is sowieso belangrijker bij dit werk dan mensen soms denken.”
“Vanmorgen was ik bijvoorbeeld bij het Noord Brabants Museum. Je hebt daar te maken met beveiligers en beheerders. Het moet er pico bello uitzien. Als ik een beheerder tegenkom vraag ik altijd; zijn er nog wensen? Wij zijn het eerste aanspreekpunt van de klanten. Alles gebeurt in overleg met de locaties.
Dat komt ook omdat we werken met zelfsturende teams. We krijgen projecten toegewezen waarvoor we zelf verantwoordelijk zijn. Ik heb een vaste maat, Adrie, waarmee ik elke dag samenwerk. Op locaties beginnen ze ons te kennen: ‘hé, daar zijn Adrie en Maurice van T&G weer!’. Dat maakt het werk veel socialer en leuker.”
“Ik werk hier ondertussen alweer 11 jaar! Ik val zelf onder de WSD (een sociaal werkbedrijf, red.) en ben vanuit daar gedetacheerd bij T&G. Dat bevalt me prima. Ik word absoluut niet gezien of behandelt als een ander soort collega met een bepaalde stempel. Je doet gewoon lekker mee en klanten zien nooit aan ons; die is van de WSD.
Overal is natuurlijk wel iets te bedenken, maar in de regel is alles goed geregeld. Bij T&G zijn er korte lijntjes en iedereen kent elkaar. Daardoor hangt er in de groep een fijne sfeer.”
Hoe ziet een dag van Maurice eruit?
“Ik sta om half 6 op om te ontbijten en brood te smeren. Dan fiets ik rond kwart over 6 aan naar Schijndel. Als ik daar aankom weet ik al waar ik naartoe moet. Op maandag bijvoorbeeld is het museum vaste prik. Ik weet dat ik met Adrie mee moet, dus we zoeken altijd samen het materieel voor die dag bij elkaar. We controleren alles; accu’s, brandstof, de aanhanger, etc.
Daarna is er altijd nog tijd voor een bakkie koffie. Rond 7 uur rijden we aan naar de locatie. Nu we zelfsturende teams hebben overleggen Adrie en ik samen waar de prioriteiten liggen en waar we de volgende dag naartoe gaan. Vaak gaat er een andere collega of stageloper mee. Die stagiair moet het ook weten, dus communicatie en overleggen met elkaar worden steeds belangrijker.”
“Even denken… Dat ik leuke collega’s heb om mee te werken en dat we van iets wat nog niks is iets heel moois maken. Soms krijgen we complimenten van mensen die voorbij komen: ‘meneer, wat maakt u het weer netjes!’.
Het is leuk als je op je knieën zit te werken en mensen komen je waardering gegeven. Je maakt van alles mee. Laatst vertelde iemand: ‘wat ben ik blij dat ik u weer zie, ik heb twee weken terug een hartinfarct gehad.’ Die meneer vertelt dat omdat ze je kennen. Dit vak is echt mensenwerk.”